Nederlanders gaan te intuïtief met hun financiële situatie om. Om hier verandering in te krijgen moet er in het onderwijs aandacht besteed worden aan financiële voorlichting.

Uit onderzoek van Wijzer in Geldzaken blijkt dat Nederlanders te onbewust zijn over hun financiële situatie. Om hier meer inzicht in te verschaffen, moet voorlichting over geldzaken een belangrijke rol gaan spelen in het onderwijs. Dat stelde koningin Máxima als erevoorzitter van het platform Wijzer in Geldzaken tijdens een een symposium over financieel gedrag in Diergaarde Blijdorp. Het platform Wijzer in Geld is een initiatief van het ministerie van financiën om het financiële inzicht onder Nederlanders te vergroten.

Voorlichting
In de voorlichting die er moet komen wordt het vooral belangrijk dat de verstrekte informatie over financiën persoonlijk is. Volgens koningin Máxima is dat de aanpak die de mensen zelfredzaam maakt waardoor zij zich kunnen ontplooien. De minister van financiën Jeroen Dijsselbloem sprak ook tijdens de bijeenkomst. Met betrekking tot voorlichting over geldzaken, wees hij vooral op het belang van maatwerk en duidelijkheid. Naast het onderwijs dient ook de financiële sector hier een belangrijke rol in te spelen. De financiële producten als hypotheken en verzekering zijn namelijk vaak nog te onduidelijk. “Zelfs voor hoogopgeleiden zijn deze producten vaak lastig te begrijpen”, aldus Dijsselbloem. Het is aan de financiële sector om hier meer overzicht in te verschaffen.

Belang van buffers
Wie er maandelijks voor zorgt dat hij of zij netjes rond komt doet volgens Dijsselbloem te weinig. De minister raadt consumenten aan om een financiële buffer op te bouwen zodat men zich kan wapenen tegen onvoorziene uitgaven. Dit gebeurt nog te weinig aangezien uit het onderzoek van Wijzer in Geldzaken bleek dat de meeste Nederlanders financieel gezien niet langer dan tien jaar vooruitkijken. Vooral jongeren, lager opgeleiden en mensen met een benedengemiddeld inkomen schieten hierin te kort. “Mensen zijn geen robots en handelen vaak onbewust”, legt Dijsselbloem uit. “Het is daarom cruciaal voorlichting in te passen in het onderwijsprogramma.”